ECG Ronja Heilbron

Casus beschrijving:

75-jarige pte.

26-12-2018 opgenomen ivm recidief urosepsis. Vanaf toen insulten in linker lichaamshelft.

17-01 tot 22-01 op de IC opgenomen bij persisterende status epilepticus.

Vanaf 22-01 op de afdeling interne geneeskunde.

Nu heeft pte. cognitieve stoornissen met de vraag of kwaliteit van leven voldoende gaat herstellen om sondevoeding te continueren werkdiagnose multifactorieel bij delier, lange status epilepticus met veel midazolam, pre-existent congnitieve stoornissen. Pte. weet niet meer wie wie is en wie zijzelf is. Ook moet er bij iedere hap worden uitgelegd dat mevrouw haar eten moet doorslikken. Nu ook incontinent voor urine en ontlasting, voorheen continent. Voorheen ADL en iADL zelfstanding nu compleet afhankelijk. Pte. Zegt zelf dat het goed met haar gaat, maar ze weet niet wat er gebeurd is en waarom ze in het ziekenhuis ligt. Ook zegt mevrouw dat ze mensen heeft gezien en gesproken die al overleden zijn.

14-02 Consult met neuroloog en geriater: geen delier. Neuroloog: nog niet stoppen met sonde, de cognitieve stoornissen zijn eventueel nog reversibel.

17-02 Recidief urosepsis

17-02 parese links na trekkingen armen en benen

17-02 E4M6V4; Temp 39.3; Zet linkerarm helemaal niet in. Ook geen reactie op pijnrpikkel. Lijkt hemianopsie links te hebben. Geen faciale asymetrie.

Pte. Blijft insulten houden waarbij mevrouw nu met de rechterkant van haar lichaam, armen en benen, trekt.

 

Vg:

02-01-2019 epilepsie

12-11 Opname IC ivm hypothermie, rhabdomyolyse na wegraking bij urosepesis

12-11-2018 Angst na ongeluk met mogelijk onderliggend cognitief lijden

12-11-2018 urineweginfectie

03-2018 Eerste laat-symptomatisch insult bij status na contusio cerebri

2016 posttraumatische epilepsie

2013 Totale heupprothese rechts

2006 Milde COPD met name restrictieve kenmerken

2004 Coxartrose beiderzijds

2003 Neuritis optica   – zonder MS

2002 Essentiële hypertensie

1997 Hepatitis A

 

ECG beschrijving:

  1. Ritme:
      1. Vooraf aan ieder QRS-complex gaat een P-top
      2. Na iedere P-top volgt een QRS complex
      3. Het ritme is regelmatig
      4. De frequentie is 102SL/M à sinustachycardie
  1. Frequentie:
      1. 3 grote hokjes +-100/min; 14 kleine hokjes=107/min; 1500/14= 107/min à sinustachycardie
  1. Geleidingstijden:
      1. PQ-tijd 3-4 kleine hokjes: 0,12-0,16 sec (normaal = 0,12-0,20s)
      2. QRS-duur 1.5 kleine hokje = 0,06sec (normaal <0,10sec)
      3. Afleiding II QT-interval 7.5 kleine hokjes = 0,3 sec (<460ms)
      4. QTc = QT/  = 0,3 /  = 394 ms

14.5 kleine hokjes = 0,58

  1. Hart-as:

Pos. QRS deflectie in I

Pos QRS deflectie in II

Pos. QRS deflectie in AVF

Intermediaire normale hart-as 0-90 graden

  1. P-top:
      1. De max. hoogte van de P-top is 1.5mm <2.5 mm
      2. De P-top is positief in II en AVF, bifasisch in V1
      3. De breedte van de P-top is <3mm
  1. QRS-morfologie:
      1. Pathologische Q golven? Geen QS complexen.
      2. Linker ventrikel hypertrofie? Geen linker ventrikel hypertrofie R in V5 + S in V1 < 35mm
      3. Rechter ventrikel hypertrofie? Geen rechter ventrikel hypertrofie want R is niet groter dan S in V1
      4. Geen microvoltages
      5. QRS = 0,06 sec <0,12sec
      6. Normale R-topprogressie
  1. ST-morfologie:
      1. T-top in V1 en AVR negatief
      2. T-top positief in I, II, AVL, AVF en V3-V6
      3. Bifid T-wave in V6 – niet-specifiek T-top abnormaliteit
      4. ST depressie één maal in V1, II, V4-V6
  1. Vergelijking oude ECGs: Behalve de sinus tachycardie en een prematuur ventriculaire contractie is dit ECG is conform oudere ECGs.
  2. Conclusie: Lichte tachycardie met één maal een prematuur ventriculaire contractie.